[Een opstel van herfst 1986; ik kan er nu, eind 1986, vrijwel niets meer mee.]
Een opstel dat het mij inspirerende verhaal is voor mijn schrijven en publiceren van mijn boek.
Wanneer we de beschrijving van het recombineren van genen in het proces van de geslachtelijke voortplanting als beeld nemen, kunnen we van oorspronkelijke filosofieën zeggen dat dat ook recombinaties zijn en wel van begrippen en beelden en dromen. We kunnen stellen dat het de taak van de oorspronkelijke geest is om de waarheid te kennen en die kennis in de vorm van teksten, platen of films te publiceren, zodat anderen van buiten hun bewustzijn binnen kunnen krijgen wat de oorspronkelijke uit zijn eigen brein zijn bewustzijn binnen krijgt. Het is de taak van de kijker en luisteraar om deze prikkels via zijn beustzijn zijn brein binnen te laten komen, beter, want actiever benoemd : zijn brein binnen te halen, binnen te brengen. Wie hoort en ziet wat een oorspronkelijke brengt, moet zich diens ‘boodschap’ eigen maken, toeeigenen.
De oorspronkelijke hoeft slechts zichtbaar, waarneembaar, hoorbaar te zijn, zien, waarnemen, horen, zin activiteiten van en voor verantwoording van de anderen.
Wanneer ik mijn begrippen(concepten), beelden, schema’s en dromen in teksten, tekeningen en films kon onderbrengen, was ik met elk van deze grootheden passend bezig. Ik ben slechts in de gelegenheid tot het maken van teksten en eenvoudige schematische tekeningen. Dat is helemaal niet erg, er zijn vele zeer goede films, die doeltreffender kunnen worden als er een goede tekst bij kan worden gemaakt met behulp van bij voorbeeld en onder andere die begrippen die ik gebruik.
Er is op het ogenblik geen behoefte aan het uitputtend in levenden onderbrengen van alle mogelijke genencombinaties. Laten we stellen dat de genen de moeite waard zijn om te behouden, dan zijn er daarvoor een beperkt aantal genencombinaties nodig, niet alle mogelijk aanmaakbare, dat zou zelfs wel eens negatief uit kunnen werken.
Over oorspronkelijkheid dient hier iets gezegd te worden. De oorspronkelijke, die niet doorgeeft, maar zich uitzegt met het oog op de waarheid die hij kent uit (nee, in) waarnemen en ervaren, schept niet alle samenstellende delen voor zijn ‘leer’ nieuw. Hij schept enkele nieuwe concepten, recombineert vele andere en verwijdert enkele uit wat hem toeviel, laat enkele andere in onbruik. Geen genencombinatie is het enige vat waarin het goede, het levenskrachtige, het levenswaardige, het waardevolle is. Het recombineren geschiedt onder toevoeging van nieuws en onder weglating van in deze nieuwe combinatie niet passends. Het vindt plaats met het oog op, rekening houdend met de omgeving waarin het zaad zal moeten opgroeien en bloeien.
Dat rekening houden blijft natuurlijk een inschatten, ik doe dat ook niet via mijn bewustzijn en ik vermoed zelfs dat ik het helemaal niet doe, ik uit me gewoon.
0 reacties