Nota voor ‘Vergadering Goede Bedoelers’

Categorieën: 2000, 1 januari – 2004, 31 december | Archief
Trefwoorden: autobiografische notitie | civilisatie | cultuur

Jaap Schot, 20 december 2000

Over het gebroken verzet van het menselijk vee tegen bevolen-worden
Het is bekend dat aanvankelijk de onderworpen Weigeraars hun naam eer aan probeerden te doen: weigeren en wel ten aanzien van de doelen die onze kolonisten hadden (c.q. hebben) en door hen wilden/willen (laten) uitvoeren, respectievelijk met hen als menselijk gebruiksvee/ machines bedienend personeel/ levend gereedschap willen uitvoeren. Dit betreft zowel die bevelen die aangetroffen onvermijdelijke doelen betreffen en die dus doorgegeven noodzakelijkheden zijn als de bevelen die doelen betreffen die door onze kolonisten soeverein gesteld zijn.
Terecht herkennen/ ervaren de dienende Weigeraars het door hen laten uitvoeren van die onnodige soeverein gestelde doelen van onze kolonisten als vernederen. Daaraan dragen twee factoren bij: de afwezigheid van een wederdienst door de kolonisten/ (‘edel’)parasieten en de onnodigheid überhaupt van het gestelde doel. Zelf txaenz hebben om iets onnodigs te doen op eigen initiatief is een ding, op andermans initiatief onnodigs doen is wat anders. Let wel: andermans initiatief, als het wilde dier de boom moet beklimmen of schudden om aan de vruchten te komen, is dat wel arbeid in de zin van txaenzbesteden, maar het is geen bevel van de boom. De kolonist moet volgens de propaganda ervaren worden als een medemens, niet als een levend wezen van een andere soort waarop men als gebruikte, vernederde, niet betrokken is, zoals op een boom. Als de gebruikte niet een mogelijk-gelijkwaardige is, treedt het fijne gevoel bij het gebruiken niet op, waar de edelparasieten zo van genieten dat ze zich ‘herenmensen’ noemen en voelen: edel, Koning Klant, de kiezer (stemgerechtigde) die per definitie altijd goed stemt.

Slechts binnen de soort valt er te vernederen (dus te verhogen, te heersen, heer te zijn in onderscheid van knecht, meester in onderscheid van slaaf, gebruiker in onderscheid van gebruikte).

Rangschikken gebeurt binnen de soort
Nu is het zo dat het laten aanmaken van kleding door een kleermaker die maker niet vernedert, maar het laten aanmaken van kleding met onnodige eigenschappen: modieus en statusvertonend. Ook is het nu zo dat tegenwoordig producten zonder toegevoegde onnodige eigenschappen vrijwel niet meer besteld worden, c.q. op de markt gebracht worden, te koop en/of verkoopbaar zijn.
Dat is nu zo mogelijk, doordat iedereen, Weigeraar en kolonist en Goede Bedoeler tussen zichzelf en wie hij gebruikt het geld heeft geplaatst gekregen. Het is heel bijzonder, het vereist een bijzondere relatie om iemand te gebruiken zonder daarvoor te betalen. [Dat ligt heel gevoelig: tussen vrienden en echtgenoten wordt niet betaald, wie dat doet valt door de mand als bedrieger. Een echtgenote is geen hoer. Een student-jaargenote voorstellen haar te betalen als ze je iets uitlegt wat jij niet begrepen hebt in het college, dat doe je niet of je bewijst dat je iets fundamenteels mist: het onderscheid tussen cultuur en civilisatie namelijk. En als je dat als student nog niet hebt begrepen, blijft het je vreemd, gegarandeerd. Dit soort lieden is geciviliseerd en zal altijd en overal met iedereen omgaan met een rekening-courant: een lopende rekening van schulden en tegoeden. En die schulden en tegoeden betreffen dan hier en daar txaenz, die in ‘quality-time’ al consumerend, al is het maar drank thuis, of in nog-verschuldigde dingen, gekochte vreemde of aan aanmaken bestede txaenz wordt uitgedrukt.] De hier aangeduide vervreemding (van de in familiale, huwelijkse en bloedbroederschappelijke vorm voorkomende alternatieven voor kopen – betalen) betreft de cultuur èn de natuur: betreft alles buiten de (rangschikking en de rekening- courant-relaties der) civilisatie.

Gebruiken en gebruikt-worden zijn dus NU verborgen geraakt achter ‘geld gebruiken’: kopen en verkopen. Tussen gebruiker en gebruikte zijn ook de werkbeveldoorgevers – ondernemers gekomen: laag voor laag. De koper ziet niet wat hij degene wiens txaenz hij koopt aandoet. De makers van wat je koopt zie jij nooit, laat staan wat er zoal wordt gedaan om de koopwaar zo te maken en het verwerkte materiaal te verkrijgen. Het centrale gebeuren in de civilisatie, het houden van mensen als gebruiksvee, is gebruiken en dat is verborgen achter GELD GEBRUIKEN: kopen en verkopen.
De oude aanvankelijke vorm van de civilisatie: ‘slavenhouderij’, werd afgeschaft: de slaven kwamen in zelfbezit en moesten zich onder dwang van het systeem van kopen en verkopen zelf, c.q. (met name) hun txaenz, te koop aanbieden op de arbeidsmarkt. Deze slaven in zelfbezit werden in de propaganda als vrije mensen aangeduid. In natuurlijke omstandigheden, in het wild, is de gelegenheid om te leven beperkt door het beschikbare (neembare, bereikbare) nodige, in de civilisatie is werkgelegenheid het schaarse. Werkgelegenheid is de gelegenheid om txaenz om te zetten in geld. Ook het uitvoeren van bevelen tot het nastreven van andermans soeverein gestelde doelen is werk. Alle gehoorzamen is werk als er voor betaald wordt. De slaven in zelfbezit zijn op zoek naar gelegenheid om te gehoorzamen aan een of ander bevel dat met koopkracht gegeven wordt. Ze hebben geen eigen heer (of zelfs werkdoorgever) meer, dat noemt men ‘vrij-zijn’.
Er zijn ook geen beperkingen ten aanzien van de doelen die de koopkrachtigen zich mogen stellen (en in uitvoering mogen geven zolang hun ‘geldvoorraad + krediet’, hun ‘koopkracht’ reikt: dat noemt men ‘liberaal’: vrij dus: wat niet verboden is, mag, staat iedereen vrij.

Waarom wil ik dit nu zo vaak zo duidelijk uitschrijven?
Ik heb niet echt onder het als schoolvulling, op kantoor of als leraar gebruikt-worden geleden. Alleen op de HBS, dat was lijden. Ik ben gebruikt door het systeem en toen als onbruikbaar uitgekotst met pensioen, want ‘buiten mijn schuld en toedoen’. De betrokken hoogleraar raadde mij aan mij gek te laten verklaren, overspannen of zo, dan zou ik een hoger uitkering krijgen als arbeidsongeschikte: toeschrijving aan het systeem kost dus degene die de ongeschiktheid wil dragen als eigenschap wat geld, minder uitkering.

Draagmoeders, voor proeven en andermans genezing te gebruiken embryo’s, het zijn voorbeelden van hoe het gebruiken van mensen steeds verder gaat. Maar vergeten wij niet de jonge vrouw die, om haar schoonheid uitgezocht, werd ingezet om de oude koning David warm te houden: een jonge vrouw als warme kruik. Dat was 2500 jaar of zo geleden. Er gaat niets over, er wordt niets minder erg. Mensenhandel, vrouwenhandel, kinderhandel, babyhandel. Wat kan wordt gedaan.

Van ‘doen’ spreken is een juristenbezigheid, hoe populair ook en hoezeer ook her en der in godsdienst verpakt. Het is de eer van de heer om te willen, bron te zijn, te ‘doen’ en het is de opgegeven reden bij het mishandelen van de (enige wet overtredende) gebruikte, slaaf, onderworpene, afstammeling van onderworpenen, laaggeplaatsten. Het begrip ‘doen’ is gans onwetenschappelijk en dat wordt er niet beter op als allerlei filosofen er mooie betogen aan toe voegen.

Waarom wil / moet ik dit telkens weer uitschrijven? Om het niet te vergeten, wat zou kunnen omdat niemand anders in mijn buurt het zegt. Via de media klinkt ononderbroken de grote stroom tekst die gemaakt is met afleidende alternatieven, zoals die bij meerkeuzevragen. Die alternatieve uitspraken over dit zelfde onderwerp schijnen ook te beschrijven, maar in feite verbergen ze de geweren, de dreigenden, die (hen beschermend tegen het nemen van hun bezit door de anderen staan achter de bezitters. Die dreiging is de basis van het gebeuren binnen de civilisatie. Het is gewoon txaenzroof. Het is mensen houden als gebruiksvee. En de liberalen zijn het die ‘vrijheid’ noemen: de gelegenheid van iedereen om op welke wijze dan ook aan bezit (c.q. geld) te komen en daardoor in de gelegenheid anderen kunstjes te laten doen, van hun txaenz te beroven, te vernederen, met behulp (gebruikmaking) van die aan het (aan de voorkant, als ‘loon’, als ‘verdienste’, als ‘winst’) begeerlijke geld als-een-achterkant-vastzittende dreiging.

Wij zullen U verhinderen te nemen wat U nodig hebt, zonder een kunstje te doen voor de bezitters ervan. Dat hebben ze Mozes laten zeggen als “gij zult niet stelen”. En toen hebben ze er God bij gehaald als degene die deze truc-tekst gedicteerd zou hebben. Dat is nou godslasterlijk.

Het centrale mechanisme van de civilisatie is verborgen achter geld. De bevelen zijn verhuld. De gebruikten worden afgeschilderd als hebzuchtig. De kinderen wordt door middel van scholen verhinderd waar te nemen en op eigen initiatief te leren vinden en nemen wat ze nodig hebben.

De gebruikten zouden inderdaad niet meer zelf zich kunnen organiseren en in leven houden, laat staan Leven. De gebruikten probeert men tegenwoordig het gevoel te geven dat zij vrij leven, dat zij vrij de aangetroffen georganiseerdheid inclusief de vorm daarvan (democratie, liberaal, rechtsstatelijk) van de (“HUN!”) wereld overnemen, op zich nemen, ervend in bezit nemen.
Dat lukt: menigeen heeft dat gevoel. Maar voornamelijk gebeurt er dit: vrijwel niemand denkt er echt over door. Menigeen blaat ieder ander na over de democratie als verworvenheid na al die dictatuur. Leuk, maar wel niet ter zake, de zaak is het heden, verleden en toekomst zijn er niet, zijn geen zinnig onderwerp, net zo min als andere dingen die niet bestaan al zijn er namen voor in gebruik: kabouters als schoolvoorbeeld.

Maar het is verstandig niet over hetgeen toch niet te veranderen is na te denken. Zo denken velen, maar dat is onwaar. Ik kan aan mijn omgeving (inclusief de andere nu levenden en hun gedrag) niets veranderen, maar als ik het ware wezen van de civilisatie zie, begrijp en bespreek, herhaaldelijk, voor mijzelf, dan ga ik anders voelen en doen. En daar komt het op aan: het vormgeven aan de mantel van bewustzijn om mij heen niet aan anderen over te laten. Zelf leven, als het niet kan voor wat betreft handelen, dan toch voor wat betreft bewustzijn, kennen, opmerken, weten, bespreken, ‘denken’ en nalaten wat niet afgedwongen wordt. Bijvoorbeeld ‘meedoen’ kan / kon ik nalaten. Ik wil niet op buitenbesturing staan, al wordt en vooral werd ik tot van alles en nog wat gedwongen en al kost mijn weigeren mij een heleboel ‘contacten met mensen’. Maar dat is alleen maar een omgekeerde manier om te zeggen dat ‘zich bevrijden’ gaat via het onthechten aan, het loslaten van anderen, via dewelken immers die civilisatie, als systeem, haar ‘vat’ op je heeft.

Psychische terugkeer naar de natuur, dat levert het op, dit zelf kijken, zelf onderscheiden, zelf beschrijven en zelf bespreken. Psychisch vrij zijn. Geen slaaf, maar slechts gevangene met levenslang en (dat moet gezegd) in mijn gevang al vroeg vrij gesteld van dwangarbeid, wegens gebleken ongeschiktheid buiten mijn schuld en toedoen.
Slaaf is wie de macht die uit de geweren komt ‘gezag’ noemt en zijn gevangenisstraf met dwangarbeid niet aan-twijfelt, maar zeurt over het regime in de bajes en doet alsof het aanwijzen van de eigen cipiers al vrijheid is.

Dit is mijn verhaal. Langer hoeft het echt niet. Vrijwel alles wat ik op school leerde bleek onbruikbaar (anders dan als voorbeeld van afleidende teksten). Ik ben zeer tevreden met het feit dat ik zoveel heb mogen en kunnen leren, ik heb het enorm getroffen dat Moeder mij liet leren en dat tegen allerlei druk om mij geld te laten verdienen in. Het is gelukkig dat ik die gelegenheid heb benut, die kans heb gegrepen. In de wereld heb ik het tot niets gebracht. Ik ben een ongebruikt gevangen dier. Ze laten me oud worden als consument en ze hopen aan mijn doodstrijd nog wat te kunnen verdienen door die te verlengen. Zo ongeveer zit het in elkaar.
Om voort te duren heeft deze ramp ‘civilisatie’ geen kwade bedoelers meer nodig. Na God kan ook de Duivel rustig ontslapen, het kwaad handhaaft zichzelf: in en door het systeem en het VERHUISDIERLIJKEN van de zich als huisdier houdende mens [de elkaar als gebruiksvee houdende mensen]. Vee kan na enige generaties niets anders meer dan vee zijn. ‘Onze” koeien, schapen, honden, raskatten, zijn niet in staat zonder ‘ons’ iets anders te doen dan sterven en dat nog vrij gauw ook. Zo is het ook met de mensen zelf. Vluchtende geciviliseerden sterven zonder hulp in korte tijd volledig uit.

 

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Categorieën in Jaap’s teksten

Share This