Jaap Schot, 16 april 1987
O.K. waren de initialen van een materiaalkeurder in de Fordfabrieken, die onderdelen waarop hij zijn initialen zette waren geschikt bevonden, goedgekeurd om verwerkt te worden, met andere onderdelen samen gesteld te worden tot een auto. [Ik heb dat verhaal van horen zeggen, als het niet waar is, is het toch mooi gevonden en in elk van beide gevallen geeft het mij een begrip, namelijk dat boven omschrevene: wat okee is, is goedgekeurd om deel uit te maken van een gepland geheel.
Een andere uitdrukking voor ‘goed'(gekeurd) is : in orde. Zaken, verschijnselen en daden kunnen in orde bevonden of gevonden worden. Bevonden, wanneer de orde in kwestie de bedoelde orde is van degene die bevindt, gevonden als de orde in kwestie onafhankelijk van de beoordelaar is.
Er zijn twee soorten orde: de statische of repetitieve (herhalende) orde en de werkende orde. Wat geen orde is, is toevallig als het statisch is en chaotisch als het beweegt, verandert. Zand in een raderwerk is niet in orde. Storen, nalatig zijn en lastig vallen zijn ongepast, niet in orde. Deze gedragingen zijn als zand in een abstract, onstoffelijk raderwerk, dat gevormd wordt door de ordenende gedragscodes.
Wanneer er groen licht gegeven wordt door de regering of de volksvertegenwoordiging, zoals men tegenwoordig vaak zegt, dan wordt het toegestane voorzien van een verklaring van geen bezwaar; een nihil obstat (imprimatur). Wie groen licht geven stellen niet dat hetgeen ze niet verhinderen constructief, opbouwend, passend, in orde zal zijn. Zij die zich beperken tot verklaren geen bezwaar te hebben, hoeven geen idee van de relatie tussen het toegestane en het reeds eromheen gebeurende te hebben. Zij verklaren niet dat het toegestane niet zal storen, laat staan dat ze het verdergaande doen: verklaren dat het toegestane zonder wrijving of botsing zal kunnen passen in en/of bijdragen aan het gebeuren. Het gebeuren waarover deze groen-licht-gevers het hebben, het door hen “geleide” stukje van het wereldgebeuren, is waarschijnlijk niet bedoeld en verloopt waarschijnlijk niet ordelijk. Wat er ook wordt geinitieerd, het kan nooit in orde zijn of worden, omdat hetgeen waarin het terecht komt chaotisch is.
Voor de evolutie van het leven op aarde geldt iets dergelijks: geen enkele soort kan als ‘in orde’ of ‘ongepast’ worden aangemerkt zolang we geen schepper en heilsplan verzinnen. Pas nadat we een doel hebben verzonnen kunnen we gaan spreken van bijvoorbeeld nuttig en schadelijk (voor het hoogste wezen, de mens, bijvoorbeeld, hoogste, want de verzinner van het doel). Voor het wereldgebeuren (Risk in het echt) geldt hetzelfde: iedere speler (iedere natie, iedere kerk, iedere multi-national, ieder IETS) weet exact welke gebeurtenissen en daden ‘in orde’ zijn, omdat iedere speler een plan heeft. Het hebben van een plan maakt van hem en speler: agerende aanwezigen zonder plan zijn geen spelers.
0 reacties