De schepping van de wereld en het begrijpen van txaenz

Categorieën: 1995, 1 januari – 1999, 31 december | Archief | Opstellen | The world according to Jaap Schot
Trefwoorden: belastingen | beschaving | civilisatie | cultuur | geredigeerd | overbevolking | rangschikken | slavernij | Verstandië | Verweggië | Weigerland

Jaap Schot, 5 november 1999

Hoe de wereld er kwam en de geschiedenis begon, met andere woorden een ander verhaal

Hoe en waarom de civilisatie er komt – dat is, de diverse culturen opslokt en vervangt – en hoe daarin levende mensen tot te berekenen gebruiksvoorwerpen gemaakt worden. Tot bronnen namelijk van TxAenz (spreek uit: T maal A enzovoorts), die besproken wordt zoals een vloeistof, maar onmeetbaar blijft.
De onderstaande uitleg van het begrip txaenz in een context, heeft de vorm van een verhaaltje, oubollig wellicht en schijnbaar vooral geschikt om over te slaan. Doe dat niet, want het is de kortste vorm waarin ik het bij U kan introduceren, dit begrip dat ik nu al zo’n jaar of twintig gebruik. Het bleek mij een zeer nuttig begrip, omdat het precies datgene treft waar verwante begrippen slechts een deel van raken en de kern van missen.
Ondanks de vorm van vertellen, breng ik in dit opstel de voornaamste begrippen uit deze website ter sprake. Het gaat over de mensen, wat ze te besteden hebben – hun txaenz – en hoe en waarom er van die txaenz van ze geroofd en gebruikt wordt. Het gaat over txaenz in de context van cultuur, civilisatie, rangschikking en onderwijs. Wie de teksten in deze website wil begrijpen, kan niet om dit opstel heen.

De oude geschiedenis van Verweggië en Weigerland

In de oertijd deelden groepen mensen die te groot werden zich en beide delen zochten ver genoeg van elkaar een terrein om in en van te leven. In die tijd gebeurde het dat het eiland waarop onze geschiedenis speelt, werd uitgekozen als nieuw woongebied door twee stammen tegelijk. Die stammen kwamen van verschillende kanten het eiland op en pas enkele tientallen jaren later gingen ze elkaars bestaan vermoeden. Lange tijd was het eiland groot genoeg voor beide groepen en hadden ze geen ander contact met elkaar dan de stille, onuitgesproken afspraak dat de rivier niet werd overgestoken. Over en weer sloten de groepen elkaar buiten het eigen deel van het eiland. Met andere woorden, ze sloten elkaar op in het andere deel. Daardoor ontwikkelden zich op het eiland twee sterk verschillende culturen – in dit geval, landbouwculturen.

Hoe Verstandië ontstond door de samenvoeging van Verweggië en Weigerland

Door een reeks natuurrampen werd het vreedzame en welvarende Verweggië beroofd van vrijwel al het voor landbouw bruikbare grondgebied. Dat gebeurde zo plotseling dat de inwoners genoodzaakt waren om voedsel te vragen aan hun enige buren, de inwoners van wat toen al Weigerland heette. De Weigeraars deden hun naam eer aan en weigerden voedselhulp, zelfs tegen betaling. De inwoners van Verweggië hadden daardoor geen alternatief meer voor oorlog. Ze hieven – met grote tegenzin, alleen voor de weerbare mannen en tijdelijk, om doeltreffend te kunnen vechten – hun cultureel-traditionele structuur op. De structuur van onderlinge gelijkheid, vreedzame anarchie, het niet gerangschikt zijn onderling, maar volgens familierelaties aan elkaar verbonden door plichten en rechten, waardoor het hele volksbestaan geregeld en veilig was en iedereen zijn plaats en zijn ‘netwerk’ had, niet door het veroveren en onderhouden daarvan, maar geschonken en voorgoed, onvernietigbaar. Ze hieven die structuur tijdelijk op en organiseerden zich, hiërarchisch, legerachtig. Onder aanvoering van de – tot Leider benoemde – meest vreedzame en wijze onder hen, veroverden ze Weigerland.

Hoe de Goede Bedoeler – niet God dus, en niet Satan – een civilisatie schiep en vestigde

De onvermijdelijke oorlogshandelingen, de vernielingen, ongelukken, gewonden, blijvend-invaliden en doden brachten groot verdriet zowel onder de overwinnaars als onder de overwonnenen. Daarom besloot de Leider – en daarmee verdiende hij zijn eretitel ‘Goede Bedoeler’ – dat zo’n oorlog niet herhaald moest worden en daarom vestigden de overwinnaars zich bij de overwonnenen.
Kort gezegd, hier werd een civilisatie gemaakt, door het rangschikken van twee culturen, door het naar herkomst eruit rangschikken van de mensen uit die culturen. De overwinnaars bleven bewapend en de verliezers werden ontwapend. Dat was nodig om de medewerking af te dwingen, ieder van die groep Weigeraars, die hij moest bewaken en leiden. Dat is, van zijn slaven.

Er waren nu gebruikers van mensen en gebruikte mensen. Er was een civilisatie.

Over twee culturen, of hoe een begaafd verteller zou verdergaan

Iedere begaafde verteller zou hier uitweiden over de talloze verwikkelingen die voortvloeiden uit het zo, en zo intens, met elkaar in aanraking komen van twee culturen. Dat wil zeggen, van twee verzamelingen gewoonten. Het waren twee culturen: van die manieren van samenleven die

  • voorafgaan aan het invoeren van de slavernij, en
  • volgen op het zich toe-eigenen van land, visgronden en/of jachtgebieden en/of op het houden van dieren als vee.

Het invoeren van landbouw heft het bewegen – het nomadisme – op en veroorzaakt een overbevolking, die in constante angst voor misoogsten en ziekten een groot deel van de tijd machteloos moet zitten wachten op de oogst. Die wachttijd wordt gevuld met feesten, zich versieren en met het maken van machteloze gebaren: offers brengen, magisch dansen en dergelijke.

De ene stam versiert en gedraagt zich zo, de andere anders.
Dat is dan hun cultuur.

Het kan, voor hun gevoel, niet anders dan zij het doen, het moet zo. Van de bedenkers leeft al niemand meer, iedereen heeft alles van horen zeggen en tweedehands. De meest verlichten onder hen brengen het zover dat ze zeggen: ‘wij’ moeten het zo doen. Niemand overleeft het te zeggen: “het is poeha, we kunnen er mee ophouden”, of, “het moet anders”.
Ik ben geen begaafd verteller en ik ben aan het uitleggen wat TxAenz is. Ik ga dan ook nu meteen verder met dat verhaal over de belastingen in Verstandië.

De uitvinding van belastingen in Verstandië

Het begon ermee dat hij een probleem kreeg, de vorst, de leider in de Grote Oorlog, die nu het boegbeeld was van de overwinnaars. Het was zijn taak de slaven gevangen en onderdanig, coöperatief en constructief-bezig te houden. Hij merkte dat hij al zijn normale werk door anderen moest laten doen. En die behoorden daarvoor betaald te worden, en wilden die betaling ook. Om dat probleem op te lossen, vond de hoofdman de belasting uit. Iedereen die nu slaven bezat, moest hem maar wat geld betalen voor wat hij voor de algemeenheid deed: het coördineren van het eronder houden en veredelen van de slaven.

Hoofdelijke belasting

Een goed idee leek het hem aanvankelijk om per slaaf – ‘per hoofd’ noemde hij het – een vast bedrag aan hem te laten betalen, maar…
Uit Verweggië hadden ze nog de volgende manier van omgaan met plannen. Het plan werd gepubliceerd en er werd een wedstrijd ‘stukdenken’ uitgeschreven. Een forse beloning was er voor iedereen die een nadeel van het plan aanwees, of een manier om de uitvoering ervan te verhinderen of te ontduiken. Zo werd veel vindingrijkheid omgezet in deelnames in plaats van in latere criminele handelingen.
Dit stelsel met ‘kopgeld’, zo zag men al stukdenkend in, zou de slavenhouders ertoe brengen door te denken over de waarde die elke slaaf apart voor hen had. Het was duidelijk dat die waarde, het nut, van elke slaaf verschillend was. Met jonge vrouwen kon gefokt worden en oude mensen leverden weinig werkprestaties meer, bijvoorbeeld. En omdat er ‘per kop’ betaald moest worden, zouden velen zich hier en daar op kosten gejaagd voelen. De minst geremden onder de slavenhouders sloegen wellicht de oude en soms ook de zieke en invalide slaven dood. Dat was elke keer weer een kop minder.

Oplossing voor het doodslaan van slaven

De juristen van het ministerie van beschaving – afdeling propaganda – gingen met de belastingdeskundigen om tafel zitten. Zij stelden voor een regeling te zoeken die voor dit doodslaan * de beweegredenen zou opheffen. ’s Lands rekenmeesters werden erbij gehaald en die kwamen met de volgende oplossing:

“Laten we de bezitters (houders/meesters) de waarde voor hen van elk van hun slaven apart laten berekenen. Door die waarde op te vatten als het vermenigvuldigingsproduct van

  • de tijd T waarin hij aanwezig, beschikbaar, inzetbaar is, maal
  • de mate A waarin hij aandachtig en toegewijd bevelen uitvoert, maal
  • zijn energiekheid (E), maal
  • de vaardigheden V die hij heeft aangeleerd/ verkregen, maal
  • enzovoorts.”

Enzovoorts, want, wie andere ter zake doende factoren opmerkt, wordt verzocht die te noemen,
dan kunnen die in de berekening worden opgenomen. Vandaar, maal enzovoorts.
Deze formule wordt ‘TxAenz’ (spreek uit: T maal A enzovoorts) genoemd.

“De meesters, daar gaan we van uit,”, zo luidt de oplossing verder, “kennen hun slaven. Zij kunnen de diverse factoren inschatten. Wij laten hen die waarden zelf opgeven”. Zo noemen ze van elke slaaf diens waarde, diens gebruikswaarde. Zonder per slot van rekening het inkomen van de oud-aanvoerder – nu bewaker van orde en slaven – te verminderen, heffen we belasting naar rato van die, door de bezitter aan zijn slaaf toegeschreven, waarde.

Fraudebestrijding

Tegen de fraude vonden ze bij het stukdenken: iedere slaaf is voor iedereen te koop voor precies die prijs die bij de, door zijn bezitter, opgegeven waarde past. Wie zijn slaaf te laag ‘prijst’, raakt hem zeer waarschijnlijk kwijt, omdat die slaaf dan een koopje is. Zo krijgen we een eerlijke opgave en een belastingstelsel waarbij het doodslaan van weinig bruikbare slaven geen winst oplevert. Behalve dan dat een dode slaaf niet meer eet en geen verzorging meer nodig heeft. Er blijft altijd een rest te doen voor de moraal.
Van iedere slaaf werden voor zijn txaenz jaarlijks de factoren gemeten. Nu ja, ingeschat en de waarde – het product ervan dus – berekend.

Voorlopig einde van het systematisch vertellen van dit verhaal. Elders op deze website zijn stukken van de geschiedenis te vinden als onderdeel van besprekingen van andere onderwerpen.
Wilt U verder met de geschiedenis? Ga dan naar opstel 2.

*)  Het doodslaan dat moreel – nu ja, propaganda-technisch; in onderscheid van economisch – volstrekt verworpen werd.

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Categorieën in Jaap’s teksten

Share This